Wie ben ik? Ik kreeg de vraag onlangs voor de voeten geworpen, en kon hem niet beantwoorden. De omstandigheden zijn er niet naar. Ik ben mezelf kwijt. En meer dan dat. Word je bepaald door je verleden? Ik hoop van niet, maar ik voel van wel. De vraag heeft me bewust gemaakt van diep verborgen angsten die ik dacht al lang overwonnen te hebben. Maar eigenlijk bepalen ze mijn doen en laten. En ze bepalen nog meer wat ik niet kan laten.
Verbondenheid is belangrijk voor mij. Intuïtief voel ik aan wie waardevol is voor mij. Mensen waar ik een goed gesprek mee kan hebben, waar ik rust bij vind. Mensen die het hart op hun tong hebben, en zich niet inhouden. Ook niet als ze het over mij hebben. Met als nadeel dat het soms – toch – kwetst.
Ik ken mijn eigen grenzen niet. Hoeveel van jezelf toon je aan de ander? En hoe werkt dat, als je jezelf amper begrijpt? Heeft ieder ander het dan zo op een rijtje? Ik zwalp. Communiceer graag helder, maar raak niet uit mijn woorden als het uit mijn mond moet komen. Ik kijk en zwijg. Hoop dat de gedachten luid genoeg zijn. Maar de twijfels roepen luider. En het hoofd van de ander, daar geraak je nooit echt in.
Soms zijn er mensen in je leven die maar heel kort je pad kruisen, maar die zo’n diepe indruk nalaten dat je er jaren later nog over blijft struikelen. En op je bek gaat. Steeds opnieuw. Maar ik koester ze, die putten. Want ze komen van mensen die – en dat besef ik vaak pas achteraf – wél begrepen wie ik was. Die iets zagen wat ik niet zag. Die mij verbonden met een deel van mezelf dat ik had afgestoten. Wegens ongewenst, niet al te fraai. Maar ik heb ook mijn donkere kanten. En misschien wordt het inderdaad tijd ze te erkennen voor ik niet meer over mijn pad kan wandelen.
Het vergt enorm veel moed om de ander (én jezelf) pijn te doen om erger te voorkomen. Dat begrijp ik nu, ook al blijft het bloeden. De gevoelens van frustratie en dankbaarheid zijn zo tegenstrijdig dat het mij inwendig verscheurt. Hoe rauw moet het leven zijn? En wie bepaalt wat erger is? Ik kan er wijzer van worden, maar ook ongevoeliger. Hoeveel keer wil ik nog onzacht op het asfalt landen na een fijne hoge vlucht? Veerkracht is alles, maar dat maakt het net zo frustrerend. Het feit dat dit leven zijn hoogtes én laagtes moet kennen om geleefd te worden. Dat we sowieso lijden. En we ons ergens, altijd, fundamenteel onbegrepen en ongekend zullen voelen.